In deze activiteit voert de leerling een relatief eenvoudig experiment uit: een zeepoplossing wordt met constante snelheid toegevoegd aan gedestilleerd water. De (toenemende) geleidbaarheid van de oplossing wordt continu gevolgd met behulp van een sensor. Zo ontstaat een diagram waarin de geleidbaarheid is uitgezet tegen de hoeveelheid zeepoplossing die is toegevoegd.
Het gaat in deze activiteit om de vorming van micellen. Leerlingen koppelen de beweging van ionen door de oplossing aan de geleidbaarheid van die oplossing. Vervolgens komt de invloed van de omvang van het deeltje er bij: een los ion kan makkelijker door de oplossing bewegen dan een (grote) micel, waardoor de geleidbaarheid minder snel toeneemt dan wanneer alle ionen los voor zouden komen.
In dit voorbeeld wordt het afkoelen van stearinezuur waarbij het overgaat van vloeistof naar vaste stof bestudeerd. Het is een basisexperiment waarbij e?e?n temperatuursensor wordt gebruikt en de temperatuurmetingen in real-time op het scherm verschijnen.
In deze activiteit maken we kennis met de BT45i gaschromatograaf. We maken een chromatogram van waterstof. We gebruiken het toestel van Hofmann om waterstof en zuurstof te maken. Het waterstof injecteren we in de GC en bekijken het chromatogram.
In deze activiteit bekijken leerlingen de reactie tussen thiosulfaat-ionen en zoutzuur. Door met behulp van een troebelheidssensor de hoeveelheid licht die door het mengsel wordt doorgelaten te meten, kan de reactiesnelheid bepaald worden. Door deze meting in de tijd uit te voeren, kan de reactie-orde bepaald worden.
In deze activiteit voert de leerling zelf een titratie uit om de zuiverheid van de voorraad ijzer(II)sulfaat te bepalen. Het equivalentiepunt kan worden bepaald uit de titratiecurve. Als extra dimensie wordt in deze activiteit gebruik gemaakt van een automatische titrator (een stappenmotor met spuit) waardoor de titratievloeistof met constante snelheid kan worden toegevoegd.Â
In deze activiteit krijgt de leerling een afgesloten erlenmeyer met een kleurloze (of lichtgele) vloeistof. Om de proef in te leiden, kan de docent de vloeistof heftig schudden. Vervolgens gaan de leerlingen zelf onderzoek doen met behulp van onder andere een ORP-sensor.